2 Comments
author
May 3, 2023·edited May 3, 2023Author

Ik deel de mening van Johan niet m.b.t. de kwaliteit van deze creatie :

1. Ik weet niet of het mogelijk is een échte jazzopera te maken, één die aansluit bij de Afro-Amerikaanse muziektraditie. Porgy and Bess blijft tot nader order nog altijd het voorbeeld dat daar het dichtste bij uitkomt.

2. Champion maakt gebruik van een symfonieorkest en een jazzband die alternerend aan het woord komen. Het orkest klinkt vaak als in een banale soundtrack van een Hollywoodfilm. De negroïede ziel van jazz ontbreekt geheel in deze Uncle Tom-muziek. Er is meer jazz in “The Time of our singing” van de Bruggeling Kris Defoort dan in dit werk van de zwarte jazztrompettist Terrence Blanchard. Er is geen enkele scène in het stuk die gedragen wordt door muzikale ideeën die het banale overstijgen.

3. In Brugge zat er 14 man in de zaal. Nogal voorspelbaar met dit soort risicovolle creaties. De programmatiepolitiek van het Live in HD-project is m.a.w. zeer eigenaardig: de Met slaagt er in om sommige van haar kitscherige producties 3 x uit te zenden terwijl sterke repertoirestukken als Peter Grimes en Lady Macbeth bv. in 15 jaar nooit te zien zijn geweest.

4. Halverwege deed zich deze grappige omstandigheid voor: in de pauze werd een fragmentje getoond van Ivo Van Hove’s Don Giovanni. Het contrast kon niet groter zijn tussen de artisticiteit van het genie Mozart en het ergerlijke dilettantisme van Blanchard ! Wat ging de componist van Champion hier met de billen bloot! Inmiddels lijkt Van Hove’s productie sterker geworden dan haar première in Parijs. Overigens met de veelbelovende Federica Lombardi als Donna Anna.

5. Het is bekend dat de Met de zaal niet meer gevuld krijgt. De strategie is nu om nieuw werk te promoten om een nieuw en jonger publiek aan te boren. Op papier is dat een goede strategie voor de toekomst. Maar iedereen weet hoe weinig tijdsbestendig repertoire dit heeft opgeleverd in de afgelopen 70 jaar. Als de Met werkelijk denkt dat ze nieuw repertoire opbouwt met dit soort dilettantistische producties dan wens ik hen veel succes !

6. De oplossing voor de Met is dezelfde als voor alle andere operahuizen : weinig gespeeld werk dat het waard is, opnieuw ontginnen met goede regisseurs. Daarnaast moet ze creaties ondersteunen die het waard zijn. Champion hoort daar niet bij.

7. Eens te meer zie je hoe een werk over het paard wordt getild vanwege zijn score in de pikorde van de door de woke-brigade gehuldigde intersectionaliteit (Het gaat over de treurnis in het leven van een zwarte homoseksuele bokser). Tijdens zijn diversiteitspraatje vond Nézet-Séguin dat Ryan Speedo Green behoort tot “the greatest singers of our time”. Dat is wel veel eer voor een middelmatige zanger met een matig projecterende stem en een onhelder timbre.

8. Een paar keer viel de naam Puccini ter vergelijking. Je moet maar durven!

Expand full comment

Ik mag Jos erop wijzen dat Blanchard uitdrukkelijk poneert dat dit géén jazzopera is. Hoogstens spreekt hij over een "opera in jazz". Dat is iets anders.

Expand full comment