Zeljko Lucic en Elza van den Heever in Il Tabarro (2008) © Monika Rittershaus DE VEERBOOT NAAR DE OVERKANT Giacomo Puccini zocht en vond een middenweg tussen Verdi en Wagner. Het is een weg die ook door andere componisten van het verismo werd bewandeld en die onmiskenbare meesterwerken heeft opgeleverd. Of het minder gespeelde "Il Trittico" daartoe behoort is een andere vraag. Dat dit zonder enige reserve geldt voor het jaloeziedrama "Il Tabarro", het eerste deel van de trilogie, daarover liet de opera van Frankfurt geen misverstand bestaan. Het is vintage Puccini met spannende sfeerscheppende muziek, passionele liefdesduetten en een aangrijpende finale. In "Suor Angelica" kabbelt de muziek rustig en tegelijk ongeduldig voort tot aan de harde confrontatie met La Zia Principessa. De hartverscheurende finale die daarop volgt zal geen moederhart onberoerd laten maar ze doet anderzijds teveel een beroep op goedkoop sentiment. Erg jammer. "Gianni Schicchi" tenslotte stelt ons voor een scènisch probleem: het stuk geeft nauwelijks speelruimte aan de regisseur. Die kan niet anders dan zich vrij letterlijk aan de tekst te houden waardoor het stuk zeer voorspelbaar wordt. Alle ensceneringen van Gianni Schicchi lijken daarom op mekaar.
Claus Guth met Il Trittico in Frankfurt (****½ )
Claus Guth met Il Trittico in Frankfurt…
Claus Guth met Il Trittico in Frankfurt (****½ )
Zeljko Lucic en Elza van den Heever in Il Tabarro (2008) © Monika Rittershaus DE VEERBOOT NAAR DE OVERKANT Giacomo Puccini zocht en vond een middenweg tussen Verdi en Wagner. Het is een weg die ook door andere componisten van het verismo werd bewandeld en die onmiskenbare meesterwerken heeft opgeleverd. Of het minder gespeelde "Il Trittico" daartoe behoort is een andere vraag. Dat dit zonder enige reserve geldt voor het jaloeziedrama "Il Tabarro", het eerste deel van de trilogie, daarover liet de opera van Frankfurt geen misverstand bestaan. Het is vintage Puccini met spannende sfeerscheppende muziek, passionele liefdesduetten en een aangrijpende finale. In "Suor Angelica" kabbelt de muziek rustig en tegelijk ongeduldig voort tot aan de harde confrontatie met La Zia Principessa. De hartverscheurende finale die daarop volgt zal geen moederhart onberoerd laten maar ze doet anderzijds teveel een beroep op goedkoop sentiment. Erg jammer. "Gianni Schicchi" tenslotte stelt ons voor een scènisch probleem: het stuk geeft nauwelijks speelruimte aan de regisseur. Die kan niet anders dan zich vrij letterlijk aan de tekst te houden waardoor het stuk zeer voorspelbaar wordt. Alle ensceneringen van Gianni Schicchi lijken daarom op mekaar.